Wat je in de kluis hebt liggen, kan je nu duurder betalen. De Belastingdienst heeft op 7 november 2025 officieel bepaald: gouden munten die je als belegging houdt, zijn geen contant geld meer. Dat betekent een flinke belastingstijging — van 1,44% naar 7,78% forfaitair rendement. Voor wie honderden of duizenden euro’s in goud heeft gestoken, is dit geen klein detail. Het is een fiscale knipoog naar de realiteit: goud is geen geld, het is een vermogensvorm. En die wordt nu ook zo behandeld.
Waarom goud niet meer als contant geld telt
De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst, een adviesorgaan van de Belastingdienst gevestigd in Rotterdam, stelde in uitspraak KG:202:2025:22 duidelijk: gouden munten vallen onder ‘overige bezittingen’. Dat is een belangrijk verschil. Contant geld — denk aan banktegoeden of fysieke euro’s die je in je portemonnee hebt — wordt belast op een laag, vastgesteld rendement. In 2025 is dat 1,44%. Goud daarentegen, zo stelt de kennistoets, levert een hoger rendement op: het is geen betaalmiddel, het is een waardeopslag. En dat maakt het fiscaal een ander spel.
De kwestie ontstond toen een belastingplichtige een verzameling gouden munten had — sommige uit Zwitserland, andere uit Canada, zelfs een paar oude Nederlandse guldenmunten. Ze hadden allemaal een nominale waarde, maar hun marktwaarde was vele malen hoger. In de ogen van de Belastingdienst: geen geld. Geen wettig betaalmiddel in de praktijk. Geen acceptatie bij banken. Geen mogelijkheid om ze op je rekening te storten. Ze zijn een investering, geen contant middel. En daarom: overige bezittingen.
Het verschil in belasting: 6,34 procentpunt
De cijfers spreken voor zich. Volgens SRA.nl en Jongbloed-fiscaaljuristen.nl leidt dit tot een verschil van 6,34 procentpunt in het forfaitaire rendement. Stel je hebt €50.000 in gouden munten. Bij 1,44% zou je €720 aan belasting betalen. Bij 7,78%? Dat wordt €3.890. Dat is een verschil van ruim €3.100 per jaar — alleen op basis van een wiskundig voorstel, zonder dat je ooit iets hebt verkocht of een cent hebt verdiend.
De Belastingdienst benadrukt: dit geldt voor alle gouden munten, ongeacht waar ze vandaan komen. Of het nu een Canadian Maple Leaf is, een Amerikaanse Eagle, of een oude Nederlandse gulden — als je ze als belegging houdt en niet gebruikt als betaalmiddel, dan zijn ze ‘overige bezittingen’. Ook munten met een wettige status in hun land van herkomst, maar die in Nederland nooit worden gebruikt als geld, vallen onder deze regel. Dat is een belangrijke nuance. Het gaat niet om de juridische status, maar om de praktijk.
Wat betekent dit voor goudbeleggers?
Voor veel Nederlanders was goud een veilige haven. Een fysieke, tastbare vorm van vermogen, buiten het bankstelsel. Maar nu wordt het duurder. De Belastingdienst wil duidelijkheid. En ze willen geen loopholes. De herziene box 3-regeling vanaf 1 januari 2023 was al een harde snede. Nu wordt het nog scherper. De uitspraak volgt op de Hoge Raad-uitspraak van april 2025 over bitcoin — ook daar werd duidelijk: digitale activa zijn geen contant geld. Goud? Hetzelfde principe.
“Dit is geen verrassing, maar wel een klap voor wie dacht dat goud een ‘belastingvrije zone’ was”, zegt mr. Eric van Uunen, fiscaal adviseur bij Taxence.nl. Hij organiseert webinars over de nieuwe ‘toepassing box 3’ en ziet veel klanten in paniek. “Ze dachten: ik heb goud, dus ik ben veilig. Nu moeten ze hun vermogensstructuur herzien. Sommigen overwegen om goud te verkopen en het in aandelen of obligaties te steken — ook al is dat niet altijd slim fiscaal.”
Wat gebeurt er met andere edelmetalen?
De uitspraak is specifiek over gouden munten. Maar de logica geldt ook voor zilver, platina of andere edelmetalen in muntvorm. De Belastingdienst heeft al aangegeven dat ze de grens tussen ‘geld’ en ‘belegging’ strenger gaan trekken. “Als de marktwaarde veel hoger is dan de nominale waarde, dan is het geen geld,” zo luidt het. Dat betekent dat bijvoorbeeld een zilveren munt van €5 met een marktwaarde van €150 ook onder ‘overige bezittingen’ valt. De regel is eenvoudig: als je het niet gebruikt als geld, dan is het geen geld.
Wat is de toekomst van goud in box 3?
Deze uitspraak is bindend. Dat betekent dat fiscale adviseurs, belastinginspecteurs en zelfs rechtbanken erop moeten letten. Het is geen interpretatie — het is de wet. En het is slechts het begin. De Belastingdienst werkt aan een nieuwe ‘Overzicht Werkelijk Rendement’ (OWR)-formulering, die in 2026 in werking treedt. Daarbij moet je zelf aangeven wat je bezit, en wat het werkelijke rendement is. Dat maakt goud nog complexer: als je een zeldzame munt hebt met een numismatische waarde, moet je die zelf waarderen. En dat is lastig.
De boodschap is duidelijk: goud is geen bankrekening. Het is een vermogensvorm met risico, waardeverandering en fiscale gevolgen. Wie goud als ‘veilige haven’ ziet, moet nu ook zien dat die haven een belastingkamer heeft.
Frequently Asked Questions
Hoe beïnvloedt dit mijn belastingaangifte als ik gouden munten heb?
Als je gouden munten als belegging houdt, worden ze vanaf 2023 niet meer als contant geld gerekend, maar als ‘overige bezittingen’. Dat betekent dat je niet langer belast wordt op het lage rendement van 1,44%, maar op het hogere forfaitaire rendement van 7,78% (2026). Voor een vermogen van €50.000 in goud betekent dat een extra belasting van ruim €3.100 per jaar, zelfs als je de munten niet verkoopt.
Geldt dit ook voor buitenlandse gouden munten?
Ja, volledig. Of het nu een Amerikaanse Eagle, een Canadese Maple Leaf of een Zwitserse Frank is — als je ze in Nederland houdt als belegging en niet gebruikt als betaalmiddel, dan vallen ze onder ‘overige bezittingen’. De status in het land van herkomst doet er niet toe. Alleen de praktijk telt: gebruik je ze als geld? Dan niet. Als belegging? Dan wel.
Moet ik mijn gouden munten melden in mijn belastingaangifte?
Ja. Sinds de herziene box 3-regeling moet je alle vermogensvormen aangeven. Gouden munten vallen onder ‘overige bezittingen’ en moeten worden opgenomen in je aangifte. De Belastingdienst vraagt om de marktwaarde op 1 januari van het belastingjaar. Als je een zeldzame munt hebt, moet je een waarde bepalen op basis van handelsprijzen — geen nominale waarde.
Wat gebeurt er als ik goud verkoop? Wordt het dan dubbel belast?
Nee, maar je moet wel rekening houden met de winst. De forfaitaire belasting van 7,78% is een voorafgaande schatting. Als je goud verkoopt en een winst maakt, moet je die winst niet opnieuw belasten — tenzij het een speculatieve transactie is en je goud als handelsactiviteit beschouwt. In dat geval kan het onder box 1 vallen. Maar voor de meeste particulieren geldt: je betaalt de forfaitaire belasting, en dat is het.
Kan ik mijn goud omzetten naar een andere belegging om belasting te vermijden?
Je kunt het wel, maar dat is geen automatische belastingbesparing. Als je goud verkoopt en het geld in aandelen of obligaties stopt, blijft het onder box 3. De belasting blijft hetzelfde, tenzij je het in een vermogensvorm stopt met een lager forfaitair rendement — bijvoorbeeld een spaarrekening. Maar dan verlies je de waardeopslag van goud. Het is een keuze: veiligheid of rendement. En de fiscale prijs is duidelijk.
Waarom heeft de Belastingdienst dit nu gedaan?
De Belastingdienst wil de box 3-regeling eerlijker en transparanter maken. Tijdens de herziening van 2023 werd duidelijk dat veel mensen vermogens in ‘grijze zones’ stopten — zoals goud, crypto of zeldzame munten — om de lage belasting te behouden. Met deze uitspraak sluit de Belastingdienst die loopholes. Het is geen vervolging, maar een aanpassing aan de werkelijkheid: goud is geen geld. En dat moet ook fiscaal gelden.